Boven de vallei van de Vesder geraakte een Fox in moeilijkheden. Luitenant Philippe Jemouton sprong als eerste en daalde neer te Goffontaine. De piloot Léopold Mouzon trachtte de machine nog even onder controle te houden, maar moest uiteindelijk ook met zijn valscherm uitstappen. Ook hij kwam behouden aan de grond. De Fox crashte op één kilometer ten noorden van Banneux, in de buurt van de begraafplaats.

Kapitein vlieger Edouard Tollet nam vanop Gosselies een burger mee, Rene Vermeulen, voor een testvlucht met de Fox met fabrieksnummer AF6015 - het toestel moest nog aan de Belgische luchtstrijdkrachten geleverd worden vanuit de Faireyfabriek. Naar verluidt had Vermeulen een burgerbrevet, en trok hij een looping, tot een vleugel afbrak. Beide inzittenden konden springen. Tollet kwam behouden neer, maar Vermeulens hand raakte even tussen de lijnen van zijn valscherm waardoor hij zwaar gewond raakte. Na zijn landing moest hij naar het ziekenhuis, waar zijn hand geamputeerd werd.

De II Groep 'Hulsteblad' vliegt van Hemiksem naar het hulpvliegveld Grimbergen. Tijdens deze vlucht verliest Capt. Paul Willemaers het bewustzijn. Hij komt terug bij bewustzijn en kan zijn toestel aan de grond zetten in de buurt van Herent. Hij besluit, na een inspectie, om terug op te stijgen. Het veld is echter te kort en hij raakt een betonnen obstakel. Het toestel is verloren, Willemaers brengt het er levend van af. Hij zou later per moto zijn eenheid vervoegen.

 Een Fox van het 1ste Smaldeel bestuurd door Adjudant H. De la Batista voert een vlucht langsheen het Albertkanaal uit vanaf de Campine tot Herentals. De Duitse grondtroepen nemen het toestel onder vuur. Met een doorboorde brandstoftank moet 'Coco' De la Batista een kraaklanding uitvoeren. Boven Kasterlee raakt het toestel een hoogspanningslijn en komt finaal neer in Lichtaart. De piloot blijft ongedeerd maar wordt samen met zijn waarnemer S/Lt P. Remy gevangen genomen.

Die dag voerde een adjudant vlieger, ingevolge motorpech, een noodlanding uit op de steenweg van Ronse naar Doornik, in de nabijheid van de villa van de heer Carpentier (een ontwerp van de beroemde architect Victor Horta). Het vliegtuig, de Fairey Fox O-12 die opgestegen was te Wevelgem, werd niet beschadigd en kon in de loop van de avond weggehaald worden door de militairen.

Op vrijdag 14 december 1934  rond 9u.00 kwamen ook twee toestellen met elkaar in aanraking boven Anzegem. Het was een zwaar bewolkte dag en tijdens een manoeuvre kwam de Fairey Fox O-5, bestuurd door Kapitein Vlieger Edgard D'Hoore, in aanraking met met de Fox O-56 waarin Kapitein Vlieger Robert Fabry en Adjudant Vlieger Daniel Jordens, monitor, hadden plaatsgenomen. Door de hevige slag waarbij een deel van de staart werd afgerukt, was het toestel van D’Hoore onbestuurbaar geworden. De piloot maakte van zijn valscherm gebruik en kwam in een hooimijt terecht op de wijk Bouvelo.

Tijdens een verkenningsmissie wordt de Fairey Fox O-126 door luchtafweergeschut getroffen. Het toestel moet aan de grond gezet worden tussen Leuze en Longchamps dichtbij Eghezée. Sgt. Daniel Dochain en Cpl. Jules Viroux zijn ongedeerd en kunnen later hun eenheid vervoegen. De O-126 is niet meer te redden.

Vanaf Piéton voert het 7^de smaldeel van IV/1 een verkenningsmissie uit ten behoeve van de artillerie van de versterkte positie Namen. De Fox Hispano O-169 stijgt op rond 09:15 uur met aan boord Sgt Albert Van Wersch en Adjt A. Taton. Boven Les Fontaines wordt het toestel door luchtafweergeschut geraakt, de temperatuur van de motor gaat alarmerend omhoog. Rond 10:00 uur slaagt de piloot erin een noodlanding te maken nabij Belgrade. Het toestel is niet meer te herstellen. De bemanning is echter ongedeerd, ze worden opgepikt en zijn ’s avonds terug bij hun eenheid.

De Fairey Fox O-41 van de 1/I/1 steeg omstreeks 17 uur op vanaf Stene voor een verkenningsopdracht naar de regio Harelbeke. De bemanning bestond uit 1e sergeant-vlieger René Degreef (°2 april 1918 - Hoboken) en zijn waarnemer kapitein-vlieger Maurice Keuleers (°22 mei 1903 - Hakendover) De opdracht verliep succesvol en de ingewonnen inlichtingen werden bij het hoofdkwartier van de artillerie afgeworpen. Nadien verdween het vliegtuig spoorloos. Het werd bij de terugvlucht naar Oostende waarschijnlijk neergeschoten en stortte daarna in zee.

Bij zonsopgang werd de Fairey Fox O-64 van luitenant-vlieger Vandercruyssen en zijn waarnemer sergeant-vlieger Joseph Beelen  (°30 april 1920 - Drieslinter) van 1/I/1 'Meeuw' naar de sector Herentals-Kasterlee-Retie gestuurd om in scheervlucht de posities en de aard van de Duitse troepen waar te nemen. De Fox ontsnapte aan een Duitse jager en enkele beschietingen maar werd uiteindelijk geraakt door een Duits luchtafweerkanon nabij de ruïnes van de brug van Herentals. Beelen zakte in elkaar en stierf. De aangeslagen Vandercruyssen trachtte te landen.