Drie verouderde Fairey Foxes van 3/II/2 krijgen de opdracht om een vlucht uit te voeren boven de Belgische linies, kwestie van het moreel van de troepen op te vijzelen. Het wordt hen niet in dank afgenomen want boven Rijmenam worden ze door Belgische troepen onder vuur genomen. De Firefly van Adjt. Daniel Leroy du Vivier wordt geraakt in de motor en hij is verplicht om zijn toestel aan de grond te zetten te Keerbergen. Gelukkig is hij ongedeerd maar zijn toestel is verloren.

Kapitein-vlieger Philippe Jomouton (°15 augustus 1909 - Jambes) van de Luchtvaartschool in Evere maakte aanstalten om zijn Fairey Firefly Y-61 aan de grond te zetten op het vliegveld. Door een verkeerd manoeuvre dook de 'Fly' naar beneden, raakte een huis aan de Leuvense Steenweg en spatte haast uiteen in een nabijgelegen weide, op het grondgebied van Sint-Stevens-Woluwe. De zwaargekwetste piloot stierf tijdens het transport naar het militair hospitaal.

Luitenant-vlieger Germain Mortier (°19 maart 1907 - Gontrode) was leerling-piloot bij de 69^ste promotie officieren te Wevelgem. Hij was in de laatste fase van zijn opleiding en op die donderdag steeg hij rond 11u. op met de Y-72. Het was een van zijn eerste vluchten op een jachttoestel van het type Fairey Firefly. Tijdens zijn tweede overvlucht van het West-Vlaamse vliegveld nam hij een zeer scherpe bocht op een hoogte van 200 meter.

Adjudant-vlieger Alphonse 'de Lange' Verboomen (°8 januari 1906 - Schaarbeek), was ook testpiloot bij de Technische Diensten. Hij vloog boven Wezemaal op een hoogte van 4.000 meter toen zijn Fairey Firefly overtrok en recht omlaag stortte. De piloot maakte ook geen aanstalten om zijn valscherm te gebruiken, wat er op zou kunnen duiden dat hij door de intense kou het bewustzijn verloren had. Vliegtuig en piloot vielen te pletter op het gehucht Hosbere (Wezemaal).

Adjudant-vlieger François Hardieswas piloot bij de afdeling 'Essais en vol' van de Technische Dienst in Evere, Zijn taak bestond erin nieuwe en gereviseerde toestellen te testen vooraleer ze aan de verschillende smaldelen werden afgeleverd. Het was op een dinsdagmorgen dat hij met de Fairey Firefly Y-65 een dergelijke missie uitvoerde. Boven de streek Herentals – Lier voerde hij alle voorziene oefeningen uit. Op een hoogte van 3.000 meter ontplofte er plots iets in de motor en het vliegtuig dook met een helse vaart naar de grond.

Adjudant-vlieger Marius Gérion (°29 maart 1915 - La Louvière) was jachtpiloot bij de 'Witte Cocotte' uit Nijvel. Kort na de middag maakte een formatie van drie Firefly, waaronder de Y-4 van Gerion, zich klaar om op Nijvel te landen. Bij de 'break' geraakte de Firefly in een 'stall' en kwam hij binnen de omheining van het vliegveld, hard tegen de grond terecht. Een dokter die op het vliegveld aanwezig was, kon enkel de dood van de piloot vaststellen.

Sergeant-vlieger Walter Mathot (°27 maart 1905 Wezet) van de 'Witte Cocotte' uit Nijvel, kwam om het leven na een onvrijwillige tolvlucht op de rug. Hij crashte te Petit-Roeulx-lez-Nivelles met de Fairey Firefly Y-85. Op de plaats van het ongeval werd een herdenkingskruis opgericht, dat bij de aanleg van de A54 verplaatst werd naar de zogenaamde 'Chapelle Saint-Joseph'. De tekst op de steen is haast onleesbaar geworden.

Donderdag rond 6u.15, bij het afsluiten van een missie onder leiding van kolonel Paul Hiernaux, voerde de formatie van kapitein-vlieger Georges 'Jojo' Verhaegen (°17 december 1901 - Sint-Joost-ten-Node), commandant-vlieger de 'Rode Cocotte' uit Nijvel, een acrobatische 'break' uit vooraleer op Nijvel te landen. Op dat ogenblik stuikte de Fairey Firefly Y-64 van kapitein-vlieger Verhaegen om onbekende redenen loodrecht naar omlaag.

Op woensdag 15 februari 1933, gedurende een schijngevecht, kwamen de adjudant-vlieger André 'Quick' Kreit (°6 juli 1904 - Welkenraedt) en de Firefly van adjudant-vlieger Robert Verlinden met elkaar in aanraking. Door de schok waren de beide toestellen erg beschadigd en onbestuurbaar geworden. Verlinden kon gebruik maken van zijn 'Irving' en bereikte veilig de vaste grond, maar Kreit viel met zijn toestel te pletter in Schulen, nabij Donk-Halen, en schoot er het leven bij in. Hij rust sindsdien op het kerkhof van Schaffen.