Over het ongeval met een Firefly, bestuurd door luitenant Jean Joly, schreef de Standaard het volgende: "Vrijdag, rond 16 uur, moest een militair vliegtuig, bestuurd door luitenant Jolly (sic), ten gevolge van een motordefekt, plots landen te Korbeek-Loo nabij Leuven. Bij het in aanraking komen met de aarde sloeg het toestel om en de piloot werd aan het voorhoofd gewond. Onmiddellijk daagde hulp op.

De gendarmerie bewaakt het toestel.

(...)

Kapitein Arille Esmanne sloeg bij de landing met zijn Firefly overkop te Wevelgem. Hij werd bewusteloos naar het hospitaal gebracht, waar bleek dat hij slechts licht gewond was.

Over het ongeval dat kapitein vlieger Joseph Hendrickx overkwam, rapporteerde De Standaard:

"Kapitein Hendrickx, gehecht aan het vliegplein van Schaffen bij Diest, mag zeggen dat hij door het oog eener naald is gekropen.

Omstreeks kwart voor acht 's ochtends vertrokken vanop Schaffen vier Firefly's van het 1ste Smaldeel richting Oostende. Door de dichte bewolking raakte de formatie hopeloos verloren. Toen de piloten eindelijk land onder zich te zien kregen, hingen ze reeds boven Noord-Frankrijk. De tanks waren leeg en de vier konden niets anders dan een noodlanding uitvoeren.

De Standaard berichtte over een ongeval waarin twee Firefly's betrokken waren, op weg van Wevelgem naar Nijvel. "Bij het landen stortte één der vliegtuigen, tengevolge van de rukwinden, midden in een veld. Ofschoon het vliegtuig heelemaal verbrijzeld was, had de piloot, luitenant Detige, geen letsel bekomen.

Het ander vliegtuig landde zonder ongevallen in een weide te Houtain."

Tijdens de maand maart 1934 vonden er te Beverlo grote manoeuvers plaats. De Standaard berichtte over het ongeval met een Firefly,  bestuur door Michel de Pret Roose de Calesberg, die er deelnam aan schietoefeningen:

"De vliegtuigen dalen met stilgelegden motor van eene groote hoogte, om op schijven te schieten en dan weer snel de hoogte in te gaan.

Adjudant Maurice Acke (bijgenaamd "Raspoutine") zette met zijn Firefly de landingsprocedure in op Nijvel, toen op de piste plots een voertuig verscheen. De piloot kon die nog maar net ontwijken, trok even op maar sloeg even verder hard tegen de oppervlakte. Acke werd gewond aan het aangezicht uit het wrak gehaald en naar het hospitaal van Brussel gevoerd.

Tijdens een gesimuleerd luchtgevecht tussen sergeant vlieger Stampe en luitenant Albert van den Hove d'Erstenrijck, zette deze laatste zijn Firefly op z'n rug, en ging over in een vrille. De luitenant slaagde er niet in uit deze tolvlucht te geraken, en sprong met zijn valscherm. Hij kwam behouden aan de grond.

Het was waarschijnlijk een Firefly die bij de begraafplaats van Court-Saint-Etienne crashte. Vleugels en schroef waren gebroken, maar de piloot bleef ongedeerd.

Tijdens een oefening, waarbij met een Firefly naar een Breguet gedoken werd en met de foto-mitrailleuse "geschoten" , brak de vleugel van de Firefly Y-10 af. Kapitein Jean Legrand kon tijdig het toestel verlaten, en daalde met zijn valscherm naar omlaag. De machine stortte op een hooiopper neer.

Dit voorval werd druk besproken in de Belgische pers, de kwaliteit van de vleugelconstructie van de Firefly werd in vraag gesteld.