In de nacht van 5/6 augustus 1941 zijn Karlruhe en Aken het doel van de zwarte bommenwerpers. Enkele nachtjagers van het 1.Staffel starten op Sint-Truiden de motoren en klimmen algauw de Limburgse hemel in. Het personeel van de zoeklichtbatterijen trachten één van de bommenwerpers die boven hun hoofden dreunen in een lichtbundel te vangen. Samen met de piloten van het 1.Staffel zullen zij er in slagen vijf toestellen boven België neer te halen.
Weerom is het Fw Reinhard Kollak die het strijdperk opent; om drie minuten over middernacht scoort hij een eerste overwinning, een Wellington van het 149 "East India" Squadron die te Sint-Martens-Voeren op het gehucht 'De Plank' neerstort. De zes inzittenden sterven in de vlammen. Een gedeelte van de stoffelijke resten kan slechts geborgen worden, voor de Duitsers blijkt de identificatie onmogelijk. De R1524 'OJ-P' was die avond om 22u11 van Mildenhall opgestegen voor een raid op Mannheim. De sergeanten Frederick Fowler (piloot, 21 j.), Eric Thomson (co-piloot, 20 j.), Howard Hale (waarnemer/navigator, 22 j.), Barrie Richardson (radiotelegrafist), Vernon Scholey (neusschutter, 21 j.) en de jood Solomon Morris (staartschutter, 27 j.) werden later onder massale belangstelling aan de voet van de kerk ter aarde besteld.
Sint-Martens-Voeren
be