Tijdens de namiddag vielen 36 Marauders Rijsel en Roubaix aan. Een imposante escorte Spitfires (302, 303, 316, 403 ... Squadrons) vergezelde hen. Negen Focke Wulfs zetten de achtervolging in. De Spitfires van 403 Squadron hingen evenwel hoog in de lucht en doken naar de vijand. Boven de Belgisch-Franse grens ontspon zich een luchtgevecht. Wing Commander "Johnnie" Johnson, die de 127 Wing leidde) zag ten noorden van Roubaix een Focke Wulf neerstorten.

Twee machines zouden in België aan hun eind komen.

Om 9u. (10 u. Duitse tijd) beschadigde 1st Lt James M. Jones (P-47 'LM-Y' 27947) van de 62 FS/56 FG een Focke-Wulf ten westen van Maastricht. Het ging hier waarschijnlijk om de FW 190 A-5 (Wn.51329) "Schwarzen 2" van Lt Hans-Joachim Wermbter van de 8./JG 26. Jones kon zijn slachtoffer niet blijven volgen, vandaar dat zijn overwinning als 'waarschijnlijk' geklasseerd staat. De negentienjarige Wermbter werd waarschijnlijk gedood door de kogels van de Amerikaan, hij stortte neer te Kleine Brogel.

Nadat de jonge Uffz Gerd Wiegand, piloot in de 8./JG 26 bij Lontzen een B-17 neergehaald had, (zijn eerste overwinning) was zijn FW 190 (Wn.410252) duchtig toegetakeld door het afweervuur van het Vliegend Fort. Zijn staartstuk was doorzeefd door de .50 inslagen en hij moest zijn Rottenflieger, Ofw Heitmann, melden dat hij zou springen. Wiegand landde zonder veel problemen. Zijn jager daarentegen stortte neer te Otrange, op een bakhuis. De brokstukken werden in een kruidenierswinkel geslingerd, waardoor de eigenares om het leven kwam en een klant op de drempel gewond raakte.

Op 7 juni, omstreeks 11 u., moest Ogefr. Norbert Holtz van de 8./JG 26 zijn patrouillevlucht afbreken omdat zijn FW 190 A-4 (Wnr.5730) motorpech had. De jachtpiloot trachtte zijn 'Schwarze 4' op de buik te zetten maar zijn Focke-Wulf kwam wel erg hard tegen de grond tussen Deinze en Nazareth. Zijn machine was voor 80 % beschadigd, de piloot was licht gewond en werd in het hospitaal van Gent verzorgd.

Om 13u.25 behaalde Oblt Leuschel van het 8./JG 26 zijn derde overwinning, een P-47 die bij het dorpje Oeudenghien, zes kilometer ten noorden van Ath neerkwam. Het ging hier om de P-47C van het 78 FG/83 FS, de 'HL-C' (41-6382). De piloot, Captain Elmer E. McTaggart wist te ontsnappen.

De machine van de Staffelkapitän van de 8.Staffel, , Hptm Karl Borris werd geraakt door het afweervuur van een B-17. De Hauptmann probeerde terug te keren naar zijn basis Wevelgem maar tussen zes- en zevenduizend meter hoogte moest hij zijn FW 190 A-5 "Schwarze 19" (Wn.7326) verlaten. De jager stortte te pletter bij Wevelgem. Kort boven de grond, tussen Wevelgem en Izegem, klapte Borris' valscherm terug dicht en de Hauptmann werd onzacht tegen de aarde gesmakt.

Het 137 Sqn, dat met Whirlwinds vloog, was die dag van de partij. Zij profiteerden eveneens van het slechte weer om enkele Rhubarbs uit te voeren. De Australische P/O Musgrave vloog over Tielt, waar hij een goederentrein beschoot. Vervolgens zag hij twee Focke-Wulfs voor hem. De eerste schoot een salvo naar de Whirlwind en verdween in de wolken. Musgrave was niet geraakt en raasde doldriest naar de tweede Focke-Wulf, die hij op zijn beurt met een vuurstoot bedacht. De Whirlwind vloog enkele seconden later door de wolken en Musgrave verloor oogcontact met zijn tegenstander.