Over de crash van adjudant Georges Van Vuchelen rapporteerde de Standaard: "Toen adjudant-vlieger G. Van Vuchelen, van het vliegveld Schaffen-bij-Diest, boven het legerkamp te Leopoldsburg opgelegde schietoefeningen uitvoerde, stortte hij wegens machinedefekt plotseling neer. Het vliegtuig werd gansch vernield; er bleef slechts een hoop verwrongen ijzer over.

Als bij wonder ontsnapte de piloot aan den dood. Hij liep een armbreuk en ernstige hoofdwonden op. Zijn toestand is zorgwekkend."

Tijdens een gesimuleerd luchtgevecht tussen sergeant vlieger Stampe en luitenant Albert van den Hove d'Erstenrijck, zette deze laatste zijn Firefly op z'n rug, en ging over in een vrille. De luitenant slaagde er niet in uit deze tolvlucht te geraken, en sprong met zijn valscherm. Hij kwam behouden aan de grond.

In verband met het dodelijk ongeval van korporaal-vlieger Francis Goethals (°17 mei 1911 Luik) van I/2 werd heel weinig informatie gevonden. Rond 11u. voerde de jonge piloot die pas op 17 juli zijn militair brevet had behaald, een trainingsvlucht uit boven het vliegveld Schaffen. Bij het nemen van een scherpe bocht kwam het jachttoestel (Avia BH-21 of Nieuport-Delage NiD29C-1) dat hij bestuurde in snelheidsverlies en stortte neer. Goethals overleefde de klap niet.

Ingevolge motorpech wou 1^ste sergeant-vlieger Alphonse Brys (°24 mei 1901 - Bredene) zijn Nieuport-Delage NiD29-C1 N-21 aan de grond zetten op zo’n 700 meter ten noorden van het vliegveld Schaffen. Volgens het relaas dat André Strubbe, alias 'Skykisser', van het ongeval geeft in zijn boek 'Hoe ik piloot werd', zou Brys de schaduw van een boom aanzien hebben als een hindernis en zou hij, bij een poging om die te ontwijken, tegen de grond gegaan zijn. Brys stierf ’s avonds in het hospitaal van Diest.