In het kader van de Transport Campaign, het bombardementsoffensief als voorbereiding op D-Day op spoorwegdoelwitten in België en Frankrijk in de lente van 1944, voerden Amerikaanse B-26 Marauders een aanval uit op de belangrijke spoorwegwerkplaatsen van Mechelen.  De Britse Royal Air Force voorzag in de escorte van de tweemotorige bommenwerpers – ook de Tsjechische squadrons zonden hun Spitfires uit. Het 313 Squadron gaf gestalte aan haar strijdkreet : “Jeden jestrab mnoho vran rozhan” – “Eén havik verjaagt vele kraaien”.

Fredrik Fearnley werd geboren in 1915 in het Noorse Bodø. Nadat hij een jaar in de koopvaardij doorbracht, werd hij scheepsinterieurarchitect. Na de Duitse inval reisde Fredrik via het neutrale Zweden naar Groot-Brittannië, waar hij weer in de koopvaardij terecht kwam. Na een keer getorpedeerd te zijn, achtte hij het wijselijk de overstap naar de RAF te maken.  Zo kwam hij als Spitfirepiloot in het Noorse 331 Squadron terecht, en stierf hij op 24 februari 1944 op de Herseltse Blauberg aan boord van de MJ534.

6 Spitfires van 66 Sqn en 6 Defiants van 264 Sqn, beiden gestationeerd op Martlesham Heath,  kregen de opdracht om een vroege patrouille te vliegen tussen Ijmuiden en Den Haag. Het kwam al vlug tot een confrontatie met de 109s van 5./JG 26 en die liep voor de RAF falikant af.

De Spitfire N3027 werd zwaar geraakt en moest een noodlanding maken vermoedelijk te Aalter. Als gevolg van een klapband ging het toestel over kop en kon afgeschreven worden. Een andere bron geeft de lokatie als Knokke. P/O George A.. Brown kon het gelukkig navertellen en zou de oorlog overleven.

De Canadezen van 412 Squadron verloren twee Spitfire IX’s. Waar Flight Lieutenant A.C. Coles neerkwam (Spitfire MJ169) neerkwam is ons niet bekend – hij werd krijgsgevangen genomen. Zijn squadrongenoot, Flying Officer James A. Robertson (Spitfire MJ331), stortte te pletter te Pervijze – de piloot rust er nog steeds op het kerkhof. Deze Canadees was de laatste vliegenier van het Gemenebest die in 1943 in België aan zijn einde kwam.

Die voormiddag, om 9.50 uur, werden drie Spitfires neergehaald, allemaal van 485 Squadron. Deze eenheid was betrokken in een Rodeo tussen Rijsel en Vitry en maakte deel uit van de Hornchurch Wing. De komst van deze grote formatie werd meteen aan de Luftwaffejagers van de II.Gruppe JG 26 gemeld.  Feldwebel Gerd Wiegand van de 4.Staffel startte meteen als Schwärmführer vanop Rijsel om de Hornchurch Wing te onderscheppen. Hij leidde een formatie van vier toestellen.

F/O V. Haw vloog met de BL422 en moest de formatie verlaten met twee Focke Wulfs op de hielen. Een ervan werdbestuurd door de gevreesde Hptm Klaus Mietusch van de Stab III./JG 26, die om 12.40 uur  zijn 49ste overwinning behaalde. Het luchtgevecht vond op zo'n 6000 meter hoogte plaats. De machine stortte waarschijnlijk neer tussen Merkem en te Boezinge. Haw werd gevangen genomen.

Uffz Gerd Wiegand, een onderofficier van de 8./JG 26, haalde om 12.40 uur vanop 3 kilometer hoogte een Spit naar omlaag. Deze kwam neer te Beveren-Ijzer. Het was de machine van de Australische Flight Sergeant Stan May die met de MB800 vloog. Die rapporteerde later :

"Op de terugweg verloor ik mijn positie in de formatie, en toen ik weer de anderen trachtte te vervoegen, werd ik onverwachts aangevallen. Ik verloor alle contact en mijn motor was beschadigd. Omstreeks 11 uur sprong ik.

F/O Geoffrey  Bond zette de achtervolging in op een Focke Wulf.  Zijn Spitfire MB841 stortte neer ten zuiden van Veurne, Bond rust nu op Koksijde. De man die hiervoor verantwoordelijk was, heette Hauptmann Karl Borris van de Stab I./JG 26, die om 12.52 uur ten oosten van Veurne een Spit neerhaalde.

Om 19 uur landde P/O R.J. Flight met zijn Spitfire AR433 in Woesten, de piloot werd krijgsgevangen gemaakt. Hij was een van de vliegeniers van 118 Squadron die in de escorte moest voorzien voor 72 Marauders die aan het eind van die dag Rijsel moesten aanvallen. Flight werd het slachtoffer van  Fw. Hans Dirksen, een piloot van de 8./JG 26 die claimde om 18.45 uur een Spitfire           vanop 3.000 m.boven de regio Poperinge-Ieper neergehaald te hebben.

Ook die ochtend was het stralend weer. De Spitfires van het Poolse 302 Squadron startten om 8.35 uur om tweeënzeventig Marauders naar Rijsel te escorteren.

Wanneer de piloten weer op hun basis landden, merkten ze dat twee toestellen ontbraken.

Een van de twee vermisten was W/O Bronislaw Malinowski, een 31-jarige Pool uit Lwow. Later rapporteerde hij :