Het 198 Squadron was een eenheid die de voorbije weken erg actief geweest was boven Vlaanderen. Bij haar Typhoon-acties had zij al heel wat piloten verloren, maar op 7 oktober zou het geluk voor de eerste keer langs hun kant staan.

Omstreeks hetzelfde tijdstip verloor Uffz Georg Pissarski van de 5./JG 1 het leven te Bassevelde. Hij raakte in een gevecht met vier Spitfires verwikkeld, en stierf aan de stuurknuppel van zijn FW 190 A-4 (Wn.6571) "Schwarze 9" die explodeerde. De piloot werd op de begraafplaats van Deinze ter aarde besteld.

Om 18u.50 sloeg de FW 190 A-4 (Wn.7029) "Weisse 9" van Uffz Günther Rost van de 4./JG 1 tegen de aarde, op anderhalve kilometer van Stuyvekenskerke. Rost was langs achter en onder beschoten, werd getroffen in de brandstoftanks en de motor. De piloot liep tweede- en derdegraads brandwonden op maar kon nog net op tijd het cockpitdak openen en springen. Hij landde vlakbij de brandende resten van zijn machine, en werd voor verzorging overgebracht naar het Lazarett van de 18.Lw.Felddivision te Ieper.

Op 16 mei, omstreeks 10 u., vindt een luchtgevecht plaats boven het Gentse. Het zijn de 84 en 335 Fighter Squadrons (78 FG) die de confrontatie aangaan met de jagers van het JG 26. De achtervolgingen vinden plaats tot boven de Nederlandse grens. Major Josef Priller sleept boven Nederland zijn 87ste overwinning in de wacht. De Amerikanen claimen drie Focke-Wulfs neergeschoten te hebben, één 'waarschijnlijke' overwinning en vier andere beschadigd te hebben.

Uffz Heinz Fackelberg van de 5./JG 26 bestuurde de FW 190 A-4 (0677) "Schwarze 30". In het gevecht met de B-17's werd hij door afweervuur getroffen. Fackelberg trok zich terug uit de gevechtszone. Bij Gent verliet hij zijn vliegtuig, zijn Focke-Wulf stortte te Heusden neer. De zwaar vebrande vliegenier stierf op de weg naar het hospitaal. Hij werd te Abbeville begraven.

Het 341 (Free French) Squadron stuurde een dozijn Spitfires naar Kortrijk. Een Duitse jager wist Sous Lieutenant M. Mailferts rechtervleugel in brand te schieten. De munitie begon te exploderen maar Mailfert kon zijn machine in een buiklanding op Manston neerzetten.

Bij het opstijgen raakte op 31 maart de FW 190 A-4 (Wnr.7041) van de II./JG 26 een obstakel. De machine stortte langs de piste van Koksijde neer, maar de piloot bleef ongedeerd.

De FW 190 A-4 (Wnr.0688) van de II./JG 26 crashte na een oorlogsvlucht zonder brandstof bij Poperinge. De piloot was ongedeerd, het vliegtuig voor 80 % vernield.

Op 19 september verliest Fw Gerhard Corinth bij het nemen van een bocht over Wevelgem de controle van zijn Focke-Wulf 190 A-4. Corinth stort met zijn Wn.45620 op nauwelijks vijfhonderd meter waar Grohman de dood vond, op een veld te Ledegem.