Op 21 mei 1943 vloog het 334 Fighter Squadron, een onderdeel van de 4 Fighter Group, haar vierentwintigste operatie. Weerom vertrokken een dozijn Thunderbolts (geflankeerd door een dertiende reservetoestel) om om 13.10 uur het Belgisch grondgebied binnen te dringen. De vluchtroute liep over Oostende en was tot boven Gent uitgetekend. In de buurt van de laatstgenoemde stad werd de formatie onderschept. De Luitenanten Care ('QP-R') en William B. Morgan ('QP-U'), twee piloten van de 'Blue Section', zetten de aanval in.

Mogelijks door de chaos die tijdens het luchtgevecht ontstond botsten twee Thunderbolts tegen elkaar. Beide machines doken onder luid gegier naar de aarde. De P-47D 'QP-N' (serienummer 42-7920) van 2nd Lieutenant Leland L. MacFarlane stortte om 13.50u. te Maldegem te pletter, op het gehucht Donk, niet ver van de Heirweg. Tijdens zijn finale duik had de Thunderbolt nog de kruin van een hoge boom geraakt alvorens net naast de woning van de familie Van Loo te ontploffen. “Ge kunt u niet voorstellen wat voor een hels gekraak een vliegtuigcrash maakt”, aldus Jules Van Landschoot, die het niet zag, maar wel hoorde gebeuren.

Leland MacFarlane rust thans op de begraafplaats Epinal.[1]