Halfweg de jaren 1950 bouwde de Franse firma Sud Aviation, tegenwoordig Aerospatiale, de allereerste helikopter voorzien van een gasturbine — geen straalmotor, zoals soms verkeerdelijk vermeld. Deze vernieuwing betekende een hele verbetering voor de piloot, omdat die tijdens de verschillende vluchtsituaties het toerental niet meer aanhoudend moest veranderen. Dat gebeurde bij de Alouette automatisch, door de motor zelf.
De Alouette II vloog voor het eerst op 12 maart 1955. De eerste productieversie van de Alouette was de SE313B, uitgerust met de Turboméca Artouste III motor. Vrij snel werd deze versie opgevolgd door de SA318C met de Astazou IIA van 360 pk.
Op 13 juni 1958 slaagde de Franse testpiloot Jean Boulet erin om met een Alouette II een hoogte te bereiken van maar liefst 10.984 meter, een absoluut wereldhoogterecord voor helikopters. Het type had zijn naam, Leeuwerik, niet gestolen. Een opmerkelijke prestatie voor een heli die velen vooral kennen vanwege de lage tot extreem lage vlieghoogte waarop de machine in onze contreien opereerde.
De eerste twee Alouettes in dienst van de Belgische strijdkrachten (A-1 en A-2) werden aan de verzamelde pers voorgesteld in Etterbeek op 26 oktober 1959.
België bestelde aanvankelijk dertig Artouste SE313B. Later werd deze batch aangevuld met nog eens twaalf toestellen. Enkele jaren later werden 48 Astazou SA318C helikopters besteld. In totaal vlogen er dus negentig Alouette II in volgende eenheden van het Lichte Vliegwezen:
• Het 15de Smaldeel Light Aviation in Brasschaat, beter bekend onder de benaming School Licht Vliegwezen. Het 15de heeft als embleem de bij met daaronder het opschrift Semper Labore.
• Het 16de Smaldeel Light Aviation in Budzweilerhof (Duitsland), met als embleem een Vlaamse gaai op een tak.
• Het 17de Smaldeel Light Aviation in Werl (Duitsland). Zijn embleem is een griffioen, destijds ingevoerd door de toenmalige bevelhebber (en BAHA-lid) Eric Vormezeele. Diezelfde griffioen is nog steeds te zien op Vormezeles Harvard OO-DAF.
• Het 18de Smaldeel Light Aviation in Aken-Merzbrück (Duitsland). Deze eenheid had eveneens een bij als embleem, weliswaar met een verrekijker in de ‘hand’.
In 1975 kwam er een eind aan de productie van de Alouette II. Van alle versies samen werden er 1.303 exemplaren gebouwd.
Nog één belangrijk feit: het Lichte Vliegwezen in Budzweilerhof bouwde enkele Artoustes om tot Astazous. Blijkbaar geen eenvoudige klus. Deze toestellen kregen de bijnaam Artazou.
In 2011 werden de laatste drie Alouettes verkocht, na meer dan vijftig jaar trouwe dienst.
Bob Block
81 toestellen in dienst van het Licht Vliegwezen oktober 1959 tot september 2009
(OL-)
A1
A2
A3
A4
A5
A6
A7
A8
A9
A10
A11
A12
A13
A14
A15
A16
A17
A18
A19
A20
A21
A22
A23
A24
A25
A26
A27
A28
A29
A30
A31
A32
A33
A34
A35
A36
A37
A38
A39
A40
A41
A42
A43
A44
A45
A46
A47
A48
A49
A50
A51
A52
A53
A54
A55
A56
A57
A58
A59
A60
A61
A62
A63
A64
A65
A66
A67
A68
A69
A70
A71
A72
A73
A74
A75
A76
A78
A79
A80
A81
A90
A91
A92
A93
A94
later G90 tot G95
3 toestellen in dienst van de Rijkswacht van maart 1971 tot heden (2012).
M1
M2
M3
In het Belgisch civiel luchtvaartregister ingeschreven:
OO-CWH
OO-SHV
OO-ASM