Stirling bij Régniéssart

De aanval op Stuttgart was niet erg succesvol. Er vielen slechts enkele bommen in het centrum, maar één bom ontplofte op een schuilkelder die volgestouwd was met Franse en Russische krijgsgevangenen. Vierhonderd gevangenen vonden de dood. Bomber Command verloor die nacht 23 toestellen, van de 462 die ingezet werden (5 %). Eén ervan kwam binnen de Belgische grenzen aan zijn eind, samen met de voltallige bemanning. De Stirling I 'AA-E' (BF513) van het 75 Sqdn was die avond om 22u. opgestegen, samen met tien andere viermotoren van hetzelfde squadron. Bij zijn terugtocht werd de 'AA-E' om 2u.25 door een nachtjager van de I./NJG 4 onderschept en neergeschoten. De piloot van de nachtjager was Lt Graeff, die die nacht samen met Uffz Köhler vloog. Het zou Graefs vierde overwinning worden. De brokstukken ervan kwamen bij Régniéssart (bij Couvin) terecht. De 19-jarige Nieuwzeelandse piloot, P/O Donald G. McCaskill rust te Florennes, samen met P/O James K. Grainger (21 jaar, navigator RNZAF), Sgt Bertram Elwell (bommenrichter), Sgt Angus McVicar (20 jaar, boordmeccano), Sgt Reginald T. Green (27 jaar, radiotelegrafist), en twee boordschutters, Sgt Ronald A. Smith (22 jaar, RNZAF) en Sgt Ernest D. Cook (19 jaar). Ze werden er op 16 april om 19u. ter aarde besteld.

 

Datum: 
15/04/1943
Toestel: 
Serienr. / Rompcode: 
Organisaties: 
Locatie

Régniéssart
be
Type Locatie: 
Incident
Bronnen: 
De Decker Cynrik & Roba Jean-Louis, De laatste vlucht van de Yvonne Proudbag, De Krijger, 1994