Spitfire AA835 te Oye Plage - Roger De Wever

Roger De Wevers vader was een Moorselnaar die in 1914 samen met honderdduizenden andere jongens ten strijde trok. Tijdens die IJzerjaren werd deze frontsoldaat 'geadopteerd' door een charmante jongedame uit Bordeaux. Onze Moorselnaar trok eens naar Bordeaux, en in 1916 trad het koppel in het huwelijk. Een jaar later, op 20 mei 1917, werd in Bordeaux een eerste zoon geboren, Roger.

In 1926 keerde het gezin naar België terug en vestigde het zich in het Brabantse Asse. Zoals zoveel kinderen van frontstrijders werd Roger als twaalfjarige ingeschreven in de Aalsterse 'Pupillenschool', een jongensinternaat aan de Graanmarkt waar de 'kweekelingen' opgeleid werden voor een latere functie in het leger. Op 16-jarige leeftijd volgde hij de officierenopleiding aan de Kadettenschool in Saffraanberg.

In 1935 trad Roger De Wever  in actieve dienst bij de Belgische Militaire Luchtvaart. Hij leerde vanaf 26 december 1938 de vliegkunst in de vliegschool van Evere. Exact één jaar later was hij onderluitenant en werd hij waarnemer in het 3de Smaldeel van het 1ste Regiment. Op 1 juli kreeg hij het brevet van waarnemer toegereikt, maar Roger wilde zelf vliegen.

Op 1 maart 1940 behoorde hij tot de 83ste promotie van de pilotenopleiding op Gosselies (4de Smaldeel). Daar, in de winter van 1940, maakte hij nog een kraaklanding met een Avro 504N.  Bij de inval op 10 mei 1940 was hij adjudant-vlieger in het 1/I/1.

Op 5 augustus 1940 stond Roger te St. Athan, op Britse bodem. "We kenden geen woord Engels, maar toen ik een meisje leerde kennen, maakte ik grote vorderingen..." , herinnerde hij zich later.

Roger startte z'n vliegopleiding helemaal van voor af aan. Deze zou een jaar duren.

Via het Rode Kruis in Portugal werd de familie intussen te Asse op de hoogte gebracht van zijn verblijf aan de andere kant van het Kanaal. Hij stuurde verscheidene malen pakjes naar huis, sardines en chocolade. Hoewel het feit dat Roger in Engeland vloog in heel Asse bekend was, bleek de bezetter daar geen acht op te slaan en werd de familie De Wever met rust gelaten - later zou een broer echter opgepakt worden en nooit meer terugkeren, maar dat is weer een ander verhaal.

In het 131 Squadron

Op 26 augustus 1941 werd Roger, samen met vele andere Belgen, in één van de twee 'Belgische' flights van het 131 Squadron op de basis Ternhill ingelijfd. 

Zijn collega's hebben erg veel plezier met Roger. Zijn gekscheren en de manier waarop hij door het leven liep leverde hem al gauw de goedbedoelde bijnaam 'Fool' op.

Ook in het 131 Sqn was op dat moment nauwelijks sprake van oorlog. De maanden september, oktober en november van het jaar 1941 vloog Roger oefenvluchten. De nieuwbakken Spitfirepiloot moest zich perfectioneren in de kunst van het luchtgevecht, het nachtvliegen en de acrobatie.

Een Belgisch squadron

Aan het einde van 1941 waren er voldoende Belgische piloten in de Royal Air Force om een 'Belgisch' Squadron te vormen. Op 14 november 1941 verliet Roger, samen met een hele resem andere Belgen het 131 Sqn. Op de basis Valley stonden Roger De Wever en zijn Belgische vrienden rond de wieg van het 350 'Belgian' Squadron.

Het squadron kreeg een eigen badge, een Galliër met vleugels op zijn helm, met daaronder Caesars historische woorden : "Belgae Gallorum Fortissimi". Het squadron werd uitgerust met de Spitfires IIa. Roger vloog een zevental oefenvluchten, waarbij vooral het formatievliegen en de kunst van het luchtgevecht bijgeschaafd worden, en op 22 december stond de nieuwe eenheid paraat.

De meeste vluchten vonden plaats boven de Ierse Zee, waarbij de Belgen bescherming boden vanuit de lucht voor scheepskonvooien die vanuit de Atlantische Oceaan versterkingen aanvoerden naar de Britse eilanden. Roger kruiste van dan af haast dagelijks het koude Britse luchtruim. Vooral tijdens de wintermaanden was het in het luchtruim boven die regio van Groot-Brittannië erg rustig.

In april 1942 kwam dan de langverwachte overplaatsing naar het 'front'. Het squadron werd naar het zuiden overgeplaatst, dichter bij het Kanaal, dichter bij de bezette kust. Op het vliegveld Debden, in het graafschap Essex, stond hen de Spitfire Vb te wachten. Het Squadron kon eindelijk aan de actie boven het bezette continent deelnemen. Op 28 april vond de eerste operatie plaats, maar Roger stond niet op het krijtbord ingeschreven en zag zijn strijdmakkers vertrekken.

Een week later, op 5 mei 1942, werd Roger echter vroeg uit zijn bed gehaald. Hij kreeg de opdracht samen met een dozijn andere Belgen naar Cap Griz Nez te vliegen. Deze missie werd echter door het slechte weer afgelast. Na enkele uren wachten mocht Roger De Wever eindelijk zijn Spit in. Een half uur later vloog hij langsheen de Franse kust bij Hardelot en Audriucq. Een formatie Focke Wulfs bleef op afstand toekijken, tot een treffen kwam het niet.

Van dan af begon Rogers echte leven als jachtpiloot. Reeds op 5 mei mocht hij boven zijn bezette land vliegen, wanneer het Squadron opdracht kreeg zes Boston-bommenwerpers te escorteren die omstreeks het middaguur de Cokes-ovens bij Zeebrugge moesten bombarderen.

Twee dagen later vloog hij naar de Belgische kust, en passeerde hij de kuststad Blankenberge. Gedurende de rest van de maanden mei en juni nam hij aan nog minstens veertien operaties boven bezet gebied deel. De meest bezochte plaatsen waren Bergues, St. Omer, Boulogne, Abbeville, Le Touquet en Mardijk, alsook Oostende en Nieuwpoort. Het ging hier haast telkens om missies waarbij het Squadron de taak had om een formatie lichte bommenwerpers te escorteren.

Roger kreeg zijn eigen toestel, de Spitfire met het serienummer AA835 en de rompcode 'MN-B'. Bovendien had de machine een eigen naam : 'Stella Maris'.

"A good chap"

Op 29 juni 1942 werd het Squadron ingezet voor een escorte van een formatie Bostons naar Hazebrouck. De aanval vond plaats onder de codenaam 'Circus 195'. Het 350 Squadron stuurde een dozijn Spits uit naar het Noord-Franse luchtruim. Het duurde niet lang of er kwam een formatie Focke Wulfs vanuit het oosten opdagen. De jagers stoven uit elkaar. P/O Picard slaagde erin maar liefst twee aanvallers in zee te schieten. Maar even later, wanneer de resterende Belgen een vijftien kilometer landinwaarts cirkelden, zagen ze hoe Rogers Spitfire getroffen werd door een Focke Wulf, de formatie verliet en steil naar beneden dook. Voor velen van het 350 Squadron was dat het laatste dat ze van Roger De Wever zagen. Later zou men in het oorlogsdagboek van de Belgische eenheid noteren : "The Squadron will miss P/O R. De Wever, a good chap" ("Het Squadron zal P/O De Wever missen, een toffe kerel").

Maar keren we nog even terug naar het moment dat Roger De Wever nog met zijn Spit enigszins in het gezichtsveld van zijn strijdmakkers vloog. Noord-Frankrijk werd rond die periode beschermd door de Focke Wulfs van het beruchte Jagdgeschwader 26. De I.Gruppe van dit Geschwader stond op dat moment op St. Omer.

Roger vloog die dag weerom met zijn "Stella Maris". Hoog boven hem hing een eenzame Focke Wulf. De Belg stuurde zijn Spit omhoog, ging tot de aanval over, maar werd 'gepakt', naar alle waarschijnlijkheid door de Focke Wulf bestuurd door Feldwebel Ernst Christof van de 1.Staffel van het Jagdgeschwader 26 (1./JG 26), die die dag immers omstreeks hetzelfde uur een Spit bij Gravelines claimde.[1]

Met stukgeschoten motor dook Roger naar omlaag - hier werd hij voor het laatst gezien door de piloten van het 350 Sqn - maar hij wist op veilige hoogte zijn vliegtuig weer vlak te trekken. De piloot dacht er nog even aan terug naar Engeland te zweven, maar moest van deze poging afzien. Nabij het Franse Oye-Plage zette hij zijn 'Stella Maris' keurig tijdens een buiklanding aan de grond. Niet ver daar vandaan werkten Duitse soldaten aan de 'Atlantikwal', en het neerkomen van de Spitfire was niet onopgemerkt gebleven. Voor Roger was er geen ontsnappen mogelijk - hij werd meteen krijgsgevangen genomen. Toevallig had een van de toeschouwers een fotocamera bij de hand. De Spitfire werd gefotografeerd en de Belgische piloot kon nog even glimlachen ook.

Der Adler

De foto's worden afgedrukt in het Duite propaganda-luchtvaarttijdschrift 'Der Adler', dat ook hier in België - vooral bij de jeugd - erg in trek was. Enkele weken later, op een zomerdag wandelt vader De Wever door de straten van Asse. Iemand komt naar hem toe : "Gij hebt een zoon die piloot is, hé ? - Hewel, hier staat hij...". De vader kijkt verbouwereerd naar een pagina in 'Der Adler'. Zoon Roger is in krijgsgevangenschap, maar levend en wel. Maanden later ontvangt de familie de eerste korte brieven uit Stalag Luft III in Silezië. Daar hielp hij bij de "Great Escape", waarbij tunnels onder het kamp gegraven werden. Roger draagt zand in twee lange zakken die in zijn broekspijpen genaaid hangen en waarmee hij het opgedolven zand ongemerkt kan verspreiden. Intussen poogt hij op zijn manier te ontsnappen. Tijdens een tocht naar het zwembad buiten het kamp weet hij ongemerkt te ontkomen. Hij heeft zijn uniform gekleurd en wacht doodgemoedereerd op de eerstkomende trein. Toevallig is de Kampdokter eveneens in het station. Korte tijd later zit Roger in een cel in het kamp. Deze straf is waarschijnlijk ook zijn redding geweest; intussen doken de eerste vliegeniers in de tunnels en trachtten ze te ontsnappen. Een grootscheepse zoekactie wierp algauw vruchten af, de meeste ontsnapten werden terug gesnapt en op persoonlijk bevel van Hitler geëxecuteerd...

Op 29 mei 1945 keerde Roger De Wever naar Groot-Brittannië terug en vervoegt hij de op dat moment sterk uitgebreide Belgische sectie van de Royal Air Force, die in 1947 een onafhankelijke luchtmacht wordt. Inmiddels huwde hij een Engelse, een vrouw die tijdens de oorlog zelf in de Britse luchtmacht gediend had.

Na zijn oppensioenstelling als luitenant-kolonel in 1964 trok hij zich terug in Engeland, naar de plaats waar hij de boeiendste jaren van zijn leven doorbracht. Op 1 mei 1990 overleed Roger De Wever. Onze Belgische piloot rust sindsdien op een begraafplaats bij Lowestoft.




    [1] Fw Ernst Christof sneuvelde op 30 juli 1943. Hij 25 jaar oud en had 9 overwinningen behaald in 151 operaties.

 

Datum: 
29/06/1942
Serienr. / Rompcode: 
Organisaties: 
Personalia: 
De Wever Roger
Locatie

Oye-Plage
fr
Type Locatie: 
Incident
Bronnen: 
De Decker Cynrik & Roba Jean-Louis: '40-'45 boven Schelde, Dender en Durme, De Krijger, Erpe, 1996
Interview met de heer Pierre De Wever, Asse met dank aan Jef Vermeiren, Ascania
Operations Record Book 131 & 350 Squadron, The National Archives, Kew
De Decker Cynrik & Roba Jean-Louis: '40-'45 boven Schelde, Dender en Durme, De Krijger, Erpe, 1996
Dossier lt.-kol. Roger De Wever (HDK, Evere)