Een botsing in volle vlucht kostte het leven aan adjudant-vlieger Georges Bovy (°22 maart 1904 - Roloux) die met luitenant-vlieger Auguste Poppe als waarnemer in de Renard R-31 N-25 vloog. Beide piloten behoorden tot het 9^de observatiesmaldeel 'blauwe sioux' van de V/1 (Awans-Bierset). Ze waren opgestegen te Stene en zetten koers naar De Haan om er deel te nemen aan schietoefeningen. Tussen Bredene en Oostende kwamen zij in aanraking met een Renard die uit de tegenovergestelde richting kwam aangevlogen en bemand was door het duo adjudant-vlieger Lucien Gilain en kapitein-vlieger Achille Lekeuche, commandant van het 9^de smaldeel. De Renard (N-12) van Gilain werd beschadigd maar de piloot slaagde er toch in het vliegveld van Oostende te bereiken en zijn kist veilig aan de grond te zetten.

Anders verliep het met de N-22. Die was zodanig gehavend dat de bemanning zijn heil moest zoeken in een valschermsprong. Voor luitenant-vlieger Poppe ging dat perfect. Adjudant-vlieger Bovy trok zijn valscherm echter te snel open en zijn parachute bleef aan de staart van het vliegtuig hangen, dat de ongelukkige piloot meesleurde in zijn val. De Renard kwam terecht tegen de borstwering van het Oostendse staketsel aan de De Smet de Naeyerbrug. Bovy werd tegen de palen van het staketsel geslagen en was op slag dood.