Manchester L7312 bij Essen-Horendonk

Hüls werd die nacht door negentig bommenwerpers bezocht, deze aanvliegroute was veeleer in het noorden van ons land te situeren.

Eén Manchester ging verloren; de L7312 'EM-L' van het 207 Sqdn stort in de Antwerpse Kempen bij Horendonk neer. De zes gesneuvelden (P/O Brian Bowes-Cavanagh, piloot, 21 j. - Sgt Robert S. Stuart, co-piloot, 21 j. - radiotelegrafisten-boordschutters Sgt Andrew Carter, 26 j. en Sgt George Spindler, 21 j. en boordschutters Sgt John W. Leason, 28 j. en Sgt Ian Passy, 20 j.) worden met militaire eer op het kerkhof van Essen-Horendonk begraven. Toen de boordschutter Sgt Andrew Carter in het Squadron aankwam, vervoegde hij er de reeds erg ervaren bemanning van P/O Bowes-Cavanagh, en vloog hij er nog eens een vijftal missies mee. Andrews broer was eveneens bij de RAF : "Ik ben verscheidene keren met hem en zijn bemanning uit geweest. Ik herinner me dat tijdens een voetbalwedstrijd van Lincoln City de Lancasters boven het stadion rondcirkelden, vooraleer deze nieuwe viermotorige bommenwerpers in dienst zouden treden. De laatste keer dat ik mijn broer en zijn bemanning zag was toen ze een nacht op mijn basis verbleven om m'n verjaardag te vieren. Dat was op 19 september 1941."

De broer van de andere boordschutter, Cyril Passy zou vreemd genoeg eveneens, bijna dag op dag twee jaar later (18 oktober 1943) een vijftigtal kilometer bij Geel aan boord van een Halifax neerstorten. Squadron Leader Cyril Passy zou meer geluk kennen dan zijn jongere broer en met behulp van de weerstand naar huis terugkeren. Op zijn verhaal komen we in een later deel terug. Hij bracht het tot Wing Commander, met DFC, en verzocht in 1945 de heer Jan Goris uit Arendonk om meer informatie betreffende de dood van zijn broer Ian. De heer Goris wist de volgende informatie te verstrekken :

"Op 13 oktober, om 4 uur 's ochtends, stortte een zware tweemotorige bommenwerper in vlammen neer bij het dorp Essen (provincie Antwerpen) in het gehucht Horendonk. Er werd (aanvankelijk n.v.d.s.) slechts één lichaam gevonden en de burgemeester van Essen wist vast te stellen dat het hier sergeant Passy betrof, aangezien deze naam op een lederen bandje op het uniform gestikt was. Van de overige bemanningsleden werd niets teruggevonden.

Als aandenken bewaart de burgemeester van Essen drie strepen die van de mouw van sergeant Passy gehaald werden, alsook een manchetknoop. De stoffelijke resten van de bemanning werden op 14 oktober door de dorpsautoriteiten met de nodige ceremonieën op het kerkhof van Horendonk begraven in aanwezigheid van een Duitse militaire afvaardiging en een groot aantal mensen van het dorp. In bijlage enkele fac-simile van voorwerpen die teruggevonden werden."

De bijlage waarvan sprake bestond uit twee velletjes papier waarmee enkele voorwerpen met potlood doorgewreven waren. Hieronder bevond zich naast de gebruikelijke identificatieplaatjes van boordinstrumenten, oliepompen enz. ook de penning van de piloot, P/O Bowes-Cavanagh.

De navigator zou zich met zijn valscherm kunnen redden en wist met behulp van enkele mensen het station van Essen te bereiken, maar daar werd hij algauw opgemerkt doordat hij mank liep en krijgsgevangen gemaakt. De broer van Andrew Carter trachtte na de oorlog met hem in contact te komen; de veteraan worstelde op dat moment met een zenuwcrisis en zou er niet onderuit komen.

Cynrik De Decker

Datum: 
12/10/1941
Toestel: 
Serienr. / Rompcode: 
Organisaties: 
Locatie

Essen-Horendonk
be
Type Locatie: 
Incident
Bronnen: 
De Decker Cynrik & Roba Jean-Louis: RAF-bommenwerpers boven België 1940-1942, De Krijger, Erembodegem, 1993