Gotha bij Eernegem

Unteroffizier Delang, de piloot van de 15.Staffel die eerder al in augustus een kraaklanding op Gontrode maakte, werd die nacht gegrepen door zoeklichten boven Sheerness, en tijdens het manoeuvreren om uit de stralenbundels te geraken, merkte hij dat een van de stuurkabels beschadigd was. Hij schreef later :

“Ook deze vlucht zou zonder twijfel in een kraaklanding eindigen. Op het moment dat we door de wolken doken, stond de Gotha weer op zijn neus. We daalden naar 1800 meter. Ik zette beide motoren uit zodat die wat zouden afkoelen tijdens de finale duik. We wisten niet eens waar we zaten. Maar we hadden geluk – we hingen boven België, en het was een rij populieren die de val brak. Leutnant Döge kwam veilig en vrijwel ongedeerd in de kruin van een boom terecht. De boordschutter, Unteroffizier Jödicke, zat nog in de romp met een gebroken arm. En de hulpdiensten vonden mij onder het wrak, ik had een lichte hersenschudding.

Kort nadien lagen we naast elkaar in Feldlazarett 395 in Eernegem. En daar zei Leutnant Döge tegen me : zolang ik maar met jou vlieg, Delang, zal er niets met mij gebeuren. Maar de dag dat ik met een andere piloot moet starten, zal ik niet zoveel geluk hebben !” 

De Leutnant wist waarschijnlijk niet hoe profetisch zijn woorden waren. Zijn trouwe piloot Delang werd na zijn herstel naar een opleidingseenheid overgeplaatst. Leutnant Döge zou niet zolang daarna, op 28 januari 1918, inderdaad neerstorten, met een andere piloot.

Datum: 
27/09/1917
Toestel: 
Organisaties: 
Locatie

Eernegem
be
Type Locatie: 
Incident
Bronnen: 
Dhanens Piet en De Decker Cynrik, Een eeuw luchtvaart boven Gent deel I, Flying Pencil, Erembodegem, 2008