“Onbekende” Mustang te Overslag

Het mag wat vreemd klinken, maar het zijn vooral de verliezen na de bevrijding (september 1944), die de luchtoorloghistoricus de meeste kopbrekens bezorgen. Tijdens de bezettingsjaren hield de Duitse overheid vrij nauwkeurige lijsten bij die na lang puzzelen een uitweg kunnen bieden aan de vraag : welk vliegtuig stortte hier neer ? Na de bevrijding van België werden deze lijsten vanzelfsprekend niet meer bijgehouden. Een verlies boven bevrijd gebied werd niet echt voor een verlies aanzien, tenzij de piloot om het leven kwam. Maar ook dan is het uitermate moeilijk de identiteit van een crash te bepalen.

Ons lid Dany Saey uit Puurs traceerde met zijn metaaldetector in 1997 in een stoppelveld in de Palingstraat te Overslag de resten van een jachtvliegtuig. Aan de hand van de gevonden geëxplodeerde .50-hulzen wisten we al snel dat het hier om een P-47 « Thunderbolt » of P-51 « Mustang » moest gaan. Jammer genoeg kennen we de datum van dit voorval niet, doch ooggetuigen situeerden de crash kort na de bevrijding. De piloot kwam om het leven en werd geborgen. Verdere prospectie door Erwin Vanden Broecke wees uit dat er in de bodem nog grotere resten van de machine moesten zitten.

Op 22 december zou het BAHA-team hierover uitsluitsel geven. Omringd door de enthousiaste medewerkers trad kraanman Luc in actie. Het duurde niet lang of de eerste resten kwamen aan de oppervlakte. De dood van de piloot werd bevestigd door de vondst van schamele resten parachute en gesloten gespen.

Op zowat anderhalve meter diepte werd de Merlin-Packard-motor aangetroffen. Spijtig genoeg was deze door de impact op het harde zand finaal uit elkaar geslagen. De stukken van de motor zaten niet diep, maar lagen wel verspreid in de krater. We veronderstellen dat zowat 40 à 60 % van de motor geborgen werd. De rest had het geallieerde bergingsteam ons een halve eeuw geleden ontnomen. De teleurstelling werd ietwat goedgemaakt door de vondst van één Hamilton Standard-propellerblad, de propellernaaf en de schamele resten van minstens twee machinegeweren. Alle gevonden onderdelen waren hevig gecorrodeerd en vertoonden sporen van een intense brand. Deze vondsten bevestigden evenwel dat we hier te maken hadden met een P-51 Mustang, en dus niet met een P-47 Thunderbolt. De Mustang mag terecht beschouwd worden als één van de beste jagers uit de luchtvaartgeschiedenis. Een grote troef was zijn grote reikwijdte, die toeliet de Amerikaanse bommenwerpers tot boven Berlijn te escorteren.

Een kleine vondst  was de inox-seinspiegel. Onze radiospecialist Hubert Verstraeten nam de zwaar beschadigde radio mee voor onderzoek doch kon hierop geen positieve identificatie vaststellen.

De berging heeft ons aangetoond dat na de bevrijding te Overslag een P-51 D gecrasht is waarbij de piloot om het leven kwam. We hopen in de nabije toekomst uitsluitsel te kunnen geven omtrent de identiteit. Momenteel komen twee gevallen in aanmerking, twee crashes gesitueerd in het Gentse (maar we weten dat Amerikanen nooit hoge ogen gooiden als het op geografische situering aankwam) in oktober 1944 :

  • P-51D 44-13897 ‘B6-J’ « Daddy Rabbit » van de 357 FG/363 FS, opgestegen op 18 oktober 1944 en waarbij de 2nd Lt Horace M. Roycraft om het leven kwam. Als crashplaats word aangegeven « NE of Ghent ». De piloot vond een tijdelijke rustplaats in Henri-Chapelle, maar werd sindsdien overgebracht naar Kansas.
  • P-51 D van 339 FG/503 FS, opgestegen van Fowlmere/Cambs voor een escorte naar Kassel op 19 oktober 1944. De piloot, 1st Lt William Stockton, kwam om het leven en werd op 21 oktober op de Westerbegraafplaats van Gent begraven. Van daaruit werd hij overgebracht naar Neuville, thans rust hij in Illinois.

Maar een even waarschijnlijke mogelijkheid is die van een RAF-Mustang van 126 Squadron, die bestuurd werd door de 24-jarige Warrant Officer W.J. Luffman. Op 7 februari 1945 vloog hij een Ramrod naar Wanne Eickel. Het Squadron opereerde vanop Bentwaters vanwaar de vliegeniers vooral in escorteopdrachten betrokken waren. Aan boord van zijn Mustang III FZ182 (rompcode 5J-A) kreeg hij te kampen met slecht weer, en zou hij neerstorten, volgens Britse opgave bij Lokeren. Luffman ligt nu begraven op het Schoonselhof bij Antwerpen.

Locatie
Palingstraat
Overslag
be
Type Locatie: 
Incident
Bronnen: 
De Decker Cynrik; Luchtvaartarcheologie in België, De Krijger, Erpe, 1999